jaren vijftig

Kindermeisjes in Omsk – herinneringen aan de naoorlogse jaren in de USSR, verzameld door Ljoedmila Oelitskaja - 1

(Eerste publicatie: 10-11-2013)

Stalingrad, 1945

Stalingrad, 1945

Anna Levina vertelt: “Toen ik klein was, verhuisden we uit de grote en heel mooie stad Leningrad  naar Siberië, naar de stad Omsk”.

Zo begint een van de vele kleine hoofdstukjes met herinneringen aan de naoorlogse jaren in de Sovjetunie, verzameld door schrijfster Ljoedmila Oelitskaja. Ze zijn uitgebracht onder de titel Detstvo 45-53: a zavtra budet sjtsjastje (Kinderjaren 45-53: en morgen zal er geluk zijn).

Ljoedmila Oelitskaja

Ljoedmila Oelitskaja

Anna Levina vertelt hoe haar ouders, beiden met een drukke baan, in Omsk op zoek moeten naar een kindermeisje voor haar en haar broertje. Maar wie wil de zorg op zich nemen voor twee vreemde kinderen? Alleen vrouwen die in een uitzichtloze situatie zijn beland, bijvoorbeeld omdat ze geen papieren hebben. Daarvan zijn er in de naoorlogse jaren in Siberië talloze: gevlucht uit de kolchoz, Tataren, Oekraïense Benderovtsy, Duitsers en oudjes die geen kant meer op kunnen. Anna’s vader is forensisch arts, werkt dus “bijna bij de politie” en kan via zijn connecties de vertrapten en verdrevenen aan een paspoort helpen. Aan kandidaten voor de post van kindermeisje in zijn gezin is dan ook geen gebrek.

Meestal, zo herinnert Anne zich, had het gelukkige kindermeisje na anderhalve maand niet alleen het gedroomde paspoort, maar na enkele bezoeken aan de officiersclub van Omsk ook een echtgenoot. En dan moest er een nieuw kindermeisje worden gevonden. 

Zo is daar de Tataarse Ljoetsija, zus van Revo, opgegroeid – u leidde dat al af uit beide voornamen – in een gezin waar men de Leninistische beginselen was toegedaan. Wat geen garantie bleek tegen verbanning naar Siberië. Loetsija is gek op Anna’s vader: een jood met het gezicht van een zuivere Tataar. Maar haar familie stuurt een Tataarse bruidegom op haar af en dat betekent: exit Loetsija.

Na Loetsija kwam Noesja, door Anna’s moeder gevonden op de markt, waar ze aardappelen stond te verkopen. De kleine Anna is gek op Noesja. “Ze rook naar brood, melk en rust”. Anna’s vader is het zat om voor paspoortafdeling te spelen, maar strijkt voor Noesja nog één keer met de hand over het hart. Dan, op een morgen, deelt de radio mee dat Stalin is gestorven. Noesja wordt hysterisch en keert na drie dagen terug naar haar dorp.

Dan komt de Oekraïense Marija Stepanovna uit Bender. Anna’s vader vindt haar ergens in een dorp waar hij als forensisch arts een moord moet onderzoeken. Marija Stepanovna is de vrouw van een veroordeelde Benderov-bandiet en maakt zich bij iedereen erg geliefd. Wanneer echter blijkt dat zij wel een glaasje lust en ook de kleine Anna af en toe trakteert, is het exit Marija Stepanovna.

Dan komt nog de Duitse Gotlibovna (“Die zag eruit of ze honderd was.”), die weer wordt opgevolgd door een zekere Kornilovna, die “boven iedereen uitstak als een brandtoren”. Op een avond spreekt Anna’s kleine broertje plots de eerste volzin van zijn leven uit: “Sla je vool je halses – sâje lelen” (Щас дам в молду – будешь знать!”). Het is duidelijk wie de kleine dat zinnetje heeft geleerd en het is exit Kornilovna.

“Daarna keerden we terug naar Leningrad, kindermeisjes namen we niet meer aan, op mijn broer werd voortaan gepast door oma, mama’s mama.”

Zou Ljoedmila Oelitskaja, die zo vloeiend ingewikkelde familiegeschiedenissen kan neerzetten, bij de herinneringen van Anna Levina niet gedacht hebben: Over dat gezin moest ik maar eens een boek schrijven? 

Meer over de door Oelitskaja verzamelde herinneringen aan de naoorlogse Sovjet-jaren in mijn volgende stukje.

Hier deel 2.

Het Leningradse voetbaloproer van 14 mei 1957. "Maak een tweede Hongarije!" - Deel 2

(Eerste publicatie: 28-20-2012)

1957 Kirov Stadion Leningrad FC Zenit rellen Torpedo Moskou

De rapen waren gaar, die 14de mei 1957 in het Kirov-stadion te Leningrad. Zenit had met 5-1 verloren van Torpedo Moskou, een supporter die het veld was opgerend, werd door agenten ruw afgevoerd – het was meer dan een grote groep aangeschoten toeschouwers kon verdragen. Ze stormden het veld op, koelden hun woede op de agenten en wilden verhaal halen bij de spelers.

Die hadden zich verschanst in de kleedkamers aan de zuidkant van het stadion. Door de ramen konden zij zien wat er gaande was en dat moet angstaanjagend zijn geweest. Er was te weinig politie, de menigte kwam akelig dichtbij en pas nadat in de lucht was geschoten, konden de supporters enigszins in bedwang worden gehouden. Met opgetrommelde kadetten van een militaire opleiding en hulp van de brandweer kon de rust worden hersteld. Er werden 107 zwaar- en lichtgewonden genoteerd, de schade aan het stadion bedroeg 13.236 roebels. Zestien man werden gearresteerd, zij stonden een maand later voor de rechter.

Volgens de rechtbank vormden hun daden “een groot gevaar voor onze Sovjet-staat en voor de maatschappelijke orde”. Dat riekte dus naar opstand en contrarevolutie, maar de aanklacht luidde slechts straatschennerij (хулиганство). Wat niet betekende dat de zestien met de schrik vrijkwamen. Ene Joeri Garanin kreeg acht jaar kamp aan de broek, hij was een van de gangmakers geweest en had onder meer geroepen: “Maak een tweede Hongarije!”, een verwijzing naar de Hongaarse opstand van een jaar eerder. Anderen – in het betreffende kranteberichtje ook bij naam genoemd - kregen drie tot zeven jaar kamp. Verder meldt de krant: “De overige verdachten kregen vrijheidsstraffen van verschillende lengtes”. Tot die “overigen” behoorde ook Vasili Kajoekov, die als eerste het veld was opgekomen om Zenit-doelman Vladimir Farykin de huid vol te schelden.

Farykin had met een paar blunders een stevig aandeel gehad in de ruime nederlaag van Zenit. Bij de volgende wedstrijd, thuis tegen Spartak Moskou, stond hij al niet meer onder de lat. Er kwamen 100.000 toeschouwers op dat duel af en de veiligheidsmaatregelen zullen streng zijn geweest. Kort daarna kwam het Engelse West Bromwich Albion voor een vriendschappelijke wedstrijd bezoek. Hier komen de spelers het veld op. We zien de pet van de Zenit-keeper en zijn kniebeschermers, Farykin zal dat niet geweest zijn.

West Bromwich Albion FC Zenit Leningrad 1957

In 1959 kregen alle zestien veroordeelden amnestie, zonder te worden vrijgesproken. Hoe het doelman Farykin op sportief vlak is vergaan weet ik niet. Hij speelde slechts kort bij Zenit en is op jonge leeftijd verdronken. Er is geen foto van hem bekend. 

Hier deel 1.

Het Leningradse Voetbaloproer van 14 mei 1957. “Maak een tweede Hongarije!” – Deel 1

(Eerste publicatie: 25-10-2012)

voetbalrellen 1957 Leningrad FC Zenit Moskou Torpedo Kirov Stadion

Op 3 juni 1957 schrijft de Leningradskaja Pravda: “Op 14 mei van dit jaar heeft in het S.M.Kirov-stadion na de voetbalwedstrijd tussen de ploegen Zenit (L) – Torpedo (M) een groep hooligans in beschonken toestand, aanvankelijk op de tribunes en daarna op het veld van het stadion, een rel geschopt”.

Dat was voorzichtig uitgedrukt. Er vielen die dag 107 gewonden. Zestien relschoppers werden gearresteerd, er werden kampstraffen uitgesproken tot acht jaar. Wat was er die 14de mei gebeurd aan de oever van de Finse Golf, in dat majesteuze Kirov-stadion?

1957 Kirov Stadion Leningrad

 Zenit was aan een slecht seizoen bezig. Vier keer was er verloren, drie keer gelijkgespeeld en slechts een keer werd gewonnen. Toch trok de wedstrijd tegen het Moskouse Torpedo, een topteam in die tijd met onder anderen sterspeler Edoeard Streltsov, 60.000 toeschouwers. Velen van hen nuttigden voor de wedstrijd een hapje en – vooral – een drankje aan de oever van de Finse Golf of op het gras van het grote Park van de Overwinning. Drank werd rond het stadion gewoon verkocht en met een fles de tribune op, ook dat was geen probleem.

Het ging die dag weer helemaal mis met Zenit. De ploeg kwam met 2-0 achter, maakte nog 2-1, maar verloor met 5-1. Tien minuten voor tijd besloot een zekere Vasili Kajoekov (volgens het latere vonnis “arbeider op de fabriek Vaandel van de Arbeid” en “in kennelijke staat”) in te grijpen. Uit het vonnis: “Verdachte Kajoekov rende het veld op, begon doelman Farykin uit te schelden en probeerde diens plaats in het doel in te nemen”.

De supporters zagen daar de humor wel van in, de politie niet zo. Kajoekov werd met zeer harde hand afgevoerd, langs de tribunes, van de noordkant van het stadion naar de zuidkant, waar zich de politiepost bevond. Kajoekov verzette zich en riep om hulp. Stenen en flessen vlogen richting politie en al snel stormde een menigte woedende toeschouwers het veld op.

De spelers maakten dat ze wegkwamen, richting de kleedkamers. Dat was verstandig, want de raddraaiers hadden het al niet meer alleen op de agenten gemunt, maar ook op de eigen ploeg. “Sla de politie!”, “Sla de voetballers!” klonk het, en ook: “Maak een tweede Hongarije!” Die laatste kreet was een verwijzing naar de Hongaarse opstand van een jaar eerder. Tot zo’n opstand kwam het natuurlijk bij lange na niet, maar geschoten werd er die dag wel.

Hier deel 2.

(Toeval: dit stukje stond al in de steigers, toen de supporters van Zenit afgelopen weekeinde in het eigen stadion vrij massaal - maar uitsluitend verbaal - protesteerden. Mikpunt was de gouverneur van de stad. U leest het hier.)  

(Of er foto's bestaan van de rellen is mij niet bekend. Wanneer bovenstaande foto's precies zijn genomen, weet ik evenmin.)

Het Moskou van na de oorlog, gefilmd in kleur, met het commentaar van “een judas”.

(Eerste publicatie: 29-8-2012)

Moskou jaren veertig Stalin film documentaire

Tijdens mijn zeer bescheiden zoekwerk voor mijn vorige stukje (over panoramafilms in de USSR) stuitte ik op prachtige kleurenbeelden van het naoorlogse Moskou. Het betreft een documentaire van een kleine veertig minuten uit 2010, getiteld Tsvet zjzni. Nachalo (De fine fleur van het leven. Het begin), samengesteld uit fragmenten van bioscoopjournaals.

Je kijkt je ogen uit. (De kleurenbeelden beginnen op 1.18).


Naast nieuwbouw, zien we nog tal van houten huizen en ook moestuintjes. Modeshows, parades van gymnasten, zomerkampen voor pioniertjes, bijna lege straten met, eh, oldtimers, dakterrassen, een voetbalwedstrijd in het Dinamostadion (ik heb nog niet kunnen achterhalen welke precies)… Te veel om op te noemen. Mijn favoriete beelden: de parade van koeien (vanaf 29.19). En in de categorie ‘naïef en onbedorven’: de metershoge wietplanten op 22.36.

De gesproken tekst, gelezen door acteur Lev Doerov, is gebaseerd op de memoires van Aleksandr Tyrenko, volgens de toelichting bij de documentaire een ‘gewone Moskoviet’. Die tekst relativeert de voor het merendeel nogal opgetogen beelden. Bij nieuwbouw en verhuizende Moskovieten wordt opgemerkt dat heel Moskou op een wachtlijst stond voor betere woonruimte. Inwoners van Gorki (het huidige Nizjny Novgorod) schreven de regering in Moskou:  “We zijn dat geklets in de kranten en op de radio over het goede en gelukkige leven zo zat! De winkels zijn leeg, op de markt is alles duur”  (10.25).

Dat soort kanttekeningen zijn tegen het zere been van het groeiende leger USSR-adepten. Die krijgen daar een koliek van. Zo stuitte ik op deze reacties:

“Ze bouwen nieuwe huizen, en dat insect bromt over rijen. (…) Hij is uit een spleet gekropen vlak bij het riool, ze moesten die duizendpoot plattrappen”. Ook aardig: “Een brutale leugenaar, die commentator! Het is heel simpel om zijn grove geklets te ontmaskeren. Hij zegt dat hij toen een kind was (…), maar onder het masker van ‘ooggetuige’ vertelt hij heel volwassen dingen. Gewoon een judas.”  Waar dan weer reacties van anderen tegenover staan die de kanttekeningen onderschrijven.

Wat ik me afvraag: hebben alle fragmenten indertijd ook echt het bioscoopjournaal gehaald? Of zijn er ook niet uitgezonden beelden uit het archief gebruikt? Ik denk het laatste. Die aangeschoten man in het dorp (10.55), sowieso alle beelden uit dat dorp … Of  volgden die journaals het gebruikelijke stramien van de krantenartikelen uit die tijd? Eerst een lofzang op wat er allemaal al niet bereikt was onder de Sovjets, gevolgd door het onheilspellende woordje odnako, waarna een bepaalde misstand aan de kaak werd gesteld?

O ja, op 31.41, die zonnebril van Chroesjtjov! En van nog een paar figuren daar in de ereloge. En op 33.00, die mevrouw op dat bankje, weer zo’n zonnebril! Waren die in de mode? Werden die gratis uitgedeeld?

Naast nieuwbouw, zien we nog tal van houten huizen en ook moestuintjes. Modeshows, parades van gymnasten, zomerkampen voor pioniertjes, bijna lege straten met, eh, oldtimers, dakterrassen, een voetbalwedstrijd in het Dinamostadion (ik heb nog niet kunnen achterhalen welke precies)… Te veel om op te noemen. Mijn favoriete beelden: de parade van koeien (vanaf 29.19). En in de categorie ‘naïef en onbedorven’: de metershoge wietplanten op 22.36.

De gesproken tekst, gelezen door acteur Lev Doerov, is gebaseerd op de memoires van Aleksandr Tyrenko, volgens de toelichting bij de documentaire een ‘gewone Moskoviet’. Die tekst relativeert de voor het merendeel nogal opgetogen beelden. Bij nieuwbouw en verhuizende Moskovieten wordt opgemerkt dat heel Moskou op een wachtlijst stond voor betere woonruimte. Inwoners van Gorki (het huidige Nizjny Novgorod) schreven de regering in Moskou:  “We zijn dat geklets in de kranten en op de radio over het goede en gelukkige leven zo zat! De winkels zijn leeg, op de markt is alles duur”  (10.25).

Dat soort kanttekeningen zijn tegen het zere been van het groeiende leger USSR-adepten. Die krijgen daar een koliek van. Zo stuitte ik op deze reacties:

“Ze bouwen nieuwe huizen, en dat insect bromt over rijen. (…) Hij is uit een spleet gekropen vlak bij het riool, ze moesten die duizendpoot plattrappen”. Ook aardig: “Een brutale leugenaar, die commentator! Het is heel simpel om zijn grove geklets te ontmaskeren. Hij zegt dat hij toen een kind was (…), maar onder het masker van ‘ooggetuige’ vertelt hij heel volwassen dingen. Gewoon een judas.”  Waar dan weer reacties van anderen tegenover staan die de kanttekeningen onderschrijven.

Wat ik me afvraag: hebben alle fragmenten indertijd ook echt het bioscoopjournaal gehaald? Of zijn er ook niet uitgezonden beelden uit het archief gebruikt? Ik denk het laatste. Die aangeschoten man in het dorp (10.55), sowieso alle beelden uit dat dorp … Of  volgden die journaals het gebruikelijke stramien van de krantenartikelen uit die tijd? Eerst een lofzang op wat er allemaal al niet bereikt was onder de Sovjets, gevolgd door het onheilspellende woordje odnako, waarna een bepaalde misstand aan de kaak werd gesteld?

O ja, op 31.41, die zonnebril van Chroesjtjov! En van nog een paar figuren daar in de ereloge. En op 33.00, die mevrouw op dat bankje, weer zo’n zonnebril! Waren die in de mode? Werden die gratis uitgedeeld?

De USSR in foto's - een kleine schatkamer. Deel 1.

(Eerste publicatie: 26-1-2012)

Hebt u het druk vandaag? Dan kunt u dit stukje misschien beter even overslaan. Ik heb u gewaarschuwd – voor u het weet zit u  eindeloos prachtige oude foto’s te bekijken.

Op photo.rusproject.org stuitte ik op een kleine schatkamer. Wie de site runt, ik weet het niet (het staat niet vermeld), maar oog voor mooie historische beelden hébben ze. Verrassende categorieën ook. Wat te denken van ‘Spooksteden’. Ik kwam er de verlaten stad met de in dit geval wel heel wrange naam ‘Jubileum’ (Юбилейный) tegen. ‘De jaren dertig’, ‘Stalingrad’, ‘Moskouse morgens – jaren 70’ en ‘Rusland door de ogen van buitenlanders’ zijn nog een paar categorieën.

Die laatste is natuurlijk mijn favoriet. Daar zag ik bovenstaande foto van de Zwitserse reporter Leonard Gianadda. Ik neem aan dat hij dat zelf is, al weet ik dan niet wie die foto gemaakt heeft. Het is 1957 en Gianadda, met z’n slippers, jeans, leren jack en kloeke fototoestel moet daar een enorme indruk hebben gemaakt. Zo staat hij er ook een beetje bij. Gianadda maakte prachtige zwartwit-foto’s. Jammer dat er niet wat meer informatie bij staat. Wie en waar is dit? [Update: mogelijk in het Moskouse circus.]

Dit weet ik wel, dit is de jonge clown Oleg Popov, die later nog een soort collega van me werd.

Het Amerikaanse tijdschrift Life stuurde met enige regelmaat fotografen naar de USSR. Hun werk duikt vaak op, zo ook bij photo-rusproject. Deze foto komt uit de serie ‘Stalingrad april 1947’.

Wordt vervolgd. (Met foto’s uit Leningrad en – als ik ze interessant genoeg vind – foto’s uit eigen werk.)

Francis Spufford: Red plenty. Over hoop, desillusie en de planeconomie van de USSR.

(Eerste publicatie: 10-7-2011)

Voor me, opgedoken uit een stofmap, ligt een repetitie aardrijkskunde van mij uit de vijfde klas van de middelbare school. Bovenaan staat: januari 1974. De eerste vraag die ik moest beantwoorden, luidde: Wat versta je onder planeconomie in de USSR?

Wist ik veel dat ik die planeconomie nog heel vaak van dichtbij zou gaan meemaken? Dat ik de rijen zou zien, de slecht bevoorrade winkels, de fartsovsjtsjiki (zwarthandelaren), de betekenis van blat (connecties) en defitsit (schaars goed) zou gaan begrijpen? En ik kon in 1974 al helemaal niet vermoeden dat zo’n vraag ooit nog eens over het verleden zouden gaan. De planeconomie van de USSR kom je alleen nog tegen in boeken - en in de verhalen van  de wat oudere Ruslandganger.

Een boeiend boek over de planeconomie is Red plenty van de Engelsman Francis Spufford, waarvan onlangs een Nederlandse vertaling verscheen (De rode belofte). De ondertitel van de Engelse versie luidt: Inside the fifties’ Soviet dream. Dat is een beetje misleidend, het boek speelt zich voor een groot deel  af in de vroege jaren zestig.

Het is dan al duidelijk voor de beter geïnformeerden in de USSR (en in 1974 is het dat ook voor een middelbare scholier in Vlaardingen), dat de planeconomie tegen haar grenzen is opgelopen. De vijfjarenplannen, geschikt om een economie in ijltempo vanaf de grond op te bouwen, zijn niet wendbaar genoeg voor een volgend stadium. De groei hapert, stagnatie dreigt.

Spuffords Red plenty is een boeiende mengeling van feit en fictie. This is not a novel, it has too much to explain to be one of those, luidt de eerste zin. Tal van personages – historische en verzonnen - voert Spufford op, die elk een eigen rol spelen op het economisch toneel. De hoge ambtenaar van Gosplan, de fabrieksdirecteur, de tolkatsj (die voor fabrieken dingen ritselt buiten het plan om), hoge politici, partijfunctionarissen en vooral: enkele jonge, enthousiaste  economen die denken dat zij de economie kunnen hervormen. Zij vestigen hun hoop op de wiskundige modellen van Leonid Kantorovich (1912-1986, ook hij wordt opgevoerd). De planeconomie wordt geremd door bureaucratisch vastgestelde prijzen, computers moeten gaan zorgen voor reële prijzen.

 

De hervormers lopen tegen een muur op. Verhoogde voedselprijzen hebben in 1962 in Novotsjerkassk geleid tot bloedige rellen (Spufford beschrijft ze gedetailleerd), de politici zijn bang voor experimenten. Stabiliteit is het toverwoord. In een gesprek met politburo-lid Kosygin begrijpt een van de economen dat de ambitieuze plannen worden begraven. De hervormingen die er komen (de Kosygin-hervormingen van 1965) zijn kosmetisch. De economie hobbelt nog een tijdje door, de economen haken gedesillusioneerd af.

Spufford legt in zijn boek inderdaad veel uit. Zijn verhandelingen over de wiskundige modellen van Kantorovitsj heb ik bedachtzaam knikkend tot mij genomen. Soms is het wat geforceerd. Een van de economen gaat kennismaken met zijn aanstaande schoonouders op het platteland. Over de lege dorpswinkel zegt hij hun verbaasd: “I don’t see how it can possibly absorbe your income!” Zeer sterk zijn de hoofdstukken over de dagelijks gang van zaken op een fabriek, bij Gosplan en over de tolkatsj. Die zou je apart kunnen uitgeven onder de titel Planeconomie voor dummies. Opgemerkt zij nog (niet goed voor mijn beroepstrots): Stufford spreekt geen woord Russisch. En dan met zó’n boek komen…

Ik heb hier trouwens nog het antwoord dat ik in januari 1974 gaf op de vraag Wat versta je onder planeconomie in de USSR.:

Na de Russische Revolutie lag door ondoordachte handelingen van het nieuwe regime de industrie plat. M.b.v. gerichte 5-jarenplannen heeft men de Russische economie weer gezond kunnen maken. Men produceert dus niet zo maar, maar men krijgt regels van bovenaf opgelegd waaraan men zich dient te houden. De laatste jaren zijn deze planningen wat soepeler gemaakt (liberalisatie) omdat het allemaal té ingewikkeld werd en er moeilijkheden ontstonden.

Wat me hierbij vooral opvalt: geen enkele spelfout. Kom daar eens om, tegenwoordig.

Recensie van Red plenty hier en hier.
Hier een site gewijd aan Red plenty

Een prachtig Moskous panorama, midden jaren vijftig

(Eerste publicatie: 1-4-2011)

De foto hierboven is een deel van een Moskouse panorama-foto uit het midden van de jaren vijftig. Klikken op de foto heeft weinig zin, om het panorama op uw scherm te krijgen volgt u deze link.  Het laden kan even duren. U krijgt een smalle strook te zien, dáár klikt u op. Maar doet u dat vooral niet als u de komende uren ergens wordt verwacht.

Bestaat er een mooiere foto van Moskou uit die tijd? Ik kan het me niet voorstellen. Een op zich al prachtig panorama, en door te klikken krijg je hoekjes en gaatjes te zien van een allang verdwenen stad. 

Zo maar wat details die mij opvielen:

- Er staan geen doelen op het voetbalveld.
- Lege vrachtwagentjes (die vorm van verspilling zag je vaak in de USSR)
- Mensjes in de laadbakken van die lege vrachtwagentjes
- Agenten in witte jasjes
- Schachten voor de metro-bouw
- Wagentjes met een wit dakje. Wat wordt daar verkocht? IJs, kvas?
- Wasgoed aan de lijn
- De dierentuin. Ik zie geen dieren, wel kooien? (links van de vijver)
- Ik had stapeltjes brandhout op de binnenplaatsen verwacht, maar die zie ik niet. Werd er toen al niet meer op hout gestookt?

Ik zit nu al een half uur te turen, ik zie het Kremlin en hotel Moskva, maar dan staat de universiteit, die Stalin-wolkenkrabber, toch niet op de goede plek? Hoe zit dat? Of is dat de universiteit niet, daar aan de overkant van de rivier? 

Als iemand een dergelijke foto van Sint-Petersburg weet, ik hou me aanbevolen! Want die is dan natuurlijk nog veel mooier.
 

Het Stalinplein in Novosibirsk, 1 mei 1953...

(Eerste publicatie: 24-1-2010)

Twee keer ben ik in Novosibirsk geweest – een jaar of 25 geleden. Wat me nog bijstaat zijn de zandkastelen die we bouwden op een eilandje in de Ob. En een grote laan met een enorm plein in het centrum. Ideaal voor optochten en manifestaties, wat goed uitkomt op onderstaand filmpje. Het laat 1 mei-parades van 1953 zien in Siberië, als eerste die in Novosibirsk.

Ik krijg er geen genoeg van. De colonnes in beide richtingen kunnen elkaar makkelijk passeren. Die motorrijders! En wat een aandoenlijke bouwsels: ik zie een boortoren, een elektriciteitscentrale en een weefgetouw. Werk het af met azalia's en begonia's en je hebt het bloemencorso van Lisse:

 

Toch wringt er iets, en niet zo’n beetje ook. Mei 1953… Op 5 maart was Stalin overleden. Zijn portret wordt nog meegedragen, hij hangt nog op gebouwen en het grote plein heet nog Stalinplein. Wat zullen de lokale partijkaders zenuwachtig op instructies uit Moskou hebben gewacht! Wat moeten we op 1 mei met Stalin? En hoe voelen de mensen in die optochten zich? Angstig, blij, opgelucht, onzeker? Is de zwarte winter van Stalin echt voorbij? De commentator maakt niet apart nog woorden aan hem vuil.

Als een huis stond in elk geval nog de poëzie (op 5.52):

De lente marcheert over de aardse wijdte / De horizon omarmend met een smeltwater van vaandels / Haar lied galmt, als de donder: Vrede aan de wereld! Leve de Eerste Mei!

Kom daar nog eens om, tegenwoordig.

Schrijnende foto's: Dior in Moskou, 1959

(Eerste publicatie: 15-1-2009)

Gênant, zo mag je deze foto’s toch wel noemen.

We schrijven 1959, modehuis Christian Dior vindt het wel een goed idee om twaalf modellen naar Moskou te sturen voor een originele fotoreportage … Tegenwoordig bulkt Moskou van de nieuwe rijken, die kunnen kopen wat ze willen. Eind jaren vijftig lag dat iets anders. De doorsnee-Moskoviet vond in de winkels alleen met veel geluk iets dat méér was dan een hobbezak met bloemmotief, en stond daar ook nog eens uren voor in de rij.

Hoe zijn deze foto’s ontvangen indertijd? Zou niemand de wenkbrauwen hebben gefronst? Riepen de plaatjes alleen maar medelijden op met die arme Russen? En niet de schaamte die je nu toch voelt als je dit zo ziet? Hoe dan ook, de foto’s werden afgedrukt in Life Magazine van 6 juli 1959. In de inhoudsopgave staat: Dior’s models brighten up Red Square …

Weinigen zullen het indertijd vermoed hebben, maar 50 jaar later waren de rollen omgedraaid.